Beschavingen kunnen, althans tot op zekere hoogte,
worden beoordeeld aan de hand van hun door mensen gemaakte bouwwerken. Voor bepaalde vroege
culturen die weinig of geen geschreven documenten hebben nagelaten, zijn monumentale overblijfselen
de voornaamste bronnen van informatie. Hierdoor wordt de architectuurgeschiedenis soms het
belangrijkste onderdeel van de algemene geschiedenis. In dit boek wordt een overzicht gegeven van de
bouwkunsten van de mensheid vanaf 10.000 v. Chr., toen de mens begon met het maken van
eenvoudige onderkomens van twijgen en bladeren, tot aan de wonderbaarlijke prestaties van vandaag,
die zichtbaar zijn in futuristische wolkenkrabbers en torens van beton, staal en glas. De lezer ontdekt
stijlen en substijlen, die zich uitstrekken over beschavingen en geografieën, en maakt kennis met grote
meesters als Brunelleschi en Frank Lloyd Wright, wier werken worden beschouwd als mijlpalen van
architectonische prestaties.